'
Wanneer ik naar de wereld kijk, ben ik pessimistisch, maar wanneer ik naar mensen kijk, ben ik optimistisch.'
- Carl Rogers -
Als je in de spiegel kijkt en je afvraagt 'Wie ben ik nu eigenlijk?' dan kun je zomaar ontdekken dat 'wie je bent' voor een deel bepaald is door degenen die je opgevoed hebben, die je vrienden zijn of die je leermeesters waren. Zo heb je kennis en gedrag overgenomen van anderen en jezelf eigen gemaakt. In feite ben je daardoor in zekere zin een beetje die anderen geworden. Zo heb ik me in mijn therapeut-zijn laten inspireren door belangrijke voorgangers en daarbij kennis en inzichten van hen overgenomen. De therapeuten en psychiaters die ik hier beschrijf hebben een bijdrage geleverd aan mijn ontwikkeling als hypnotherapeut en zijn een bron van inspiratie voor mijn werk.
Franz Anton Mesmer (1734-1815) was een Oostenrijkse arts. Hij
meende een geheimzinnig fluïdum ontdekt te hebben dat van iedere magneet
uitgaat. Dit fluïdum zou geneeskrachtige eigenschappen hebben. Later
beweerde hij dat vanuit het lichaam eveneens een dergelijke kracht
uitgaat. Hij noemde dat dierlijk magnetisme.
Mesmer plaatste zijn cliënten rond een tobbe met ijzerhoudend
(gemagnetiseerd) water en liet ze de rand van de tobbe vasthouden.
Vervolgens raakte hij zijn cliënten met een ijzeren staaf op
verschillende plekken van het lichaam aan. Daarbij droeg hij kleding met
een majestueuse uitstraling en keek zijn cliënten strak aan. Het doel
van deze magnetische behandeling was het bewerkstelligen van een crisis,
heftige stuiptrekkingen en een toestand van extase die, zoals hij
meende, voor genezing zorgt. Door de magnetische behandeling van Mesmer
zijn de begrippen Magnetiseren, Magnetiseur en Mesmerisme ontstaan.
Mesmer besefte niet dat het zijn suggestiviteit was die tot genezing van
zijn cliënten leidde. Speciale handbewegingen, muziek en de sfeer rondom
de tobbe versterkten dit effect. Zijn cliënten waren overtuigd van de
effectiviteit van de behandeling en dat zorgde voor genezing. Dit is te
vergelijken met de soms verrassend positieve werking van een placebo
medicijn.
Mesmerisme en hypnotherapie worden met elkaar in verband gebracht omdat
beide gebruik maken van suggesties. Mesmer deed dit door de bijzondere
entourage van zijn sessies, hij maakte geen gebruik van verbale
methoden. De hypnotherapeut gebruikt verbale suggesties om de cliënt er
toe aan te zetten belemmerende gedachtepatronen te wijzigen.
Voor meer informatie over Franz Anton Mesmer klik hier.
Sigmund Freud (1856-1939) heeft als eerste wetenschappelijk
onderzoek verricht naar de menselijke psyche. In 1882 begon zijn
medische carrière in het Algemeen Ziekenhuis van Wenen.
In 1882 vertelde zijn vriend Breuer hem over een patiënte. Deze patiënte
had hysterische aanvallen en Breuer paste hypnose toe. Deze vorm van
therapie liet haar details herinneren van vergeten gebeurtenissen die de
oorzaak waren van haar hysterische symptomen. Door deze herinneringen te
herkennen en te verwerken werd ze bevrijd van haar klachten. Freud
raakte door de verhalen van Breuer gefascineerd door de mogelijkheden
van hypnose en hij besloot de werking van hypnotherapie verder te
bestuderen.
Freud besefte het belang van het onderbewuste, niet alleen bij ziektebeelden maar ook in het
dagelijkse leven. In die tijd liet hij verder onderzoek naar hypnose
varen en spitste zich toe op de Vrije Associatie. De ontdekking van het
belang van dromen was de basis voor zijn werk
De Droomduiding
. Door dit
werk kreeg Freud veel aanhangers waaronder Carl Gustav Jung.
Freud deed steeds meer ontdekkingen in verband met onderbewuste
schuldgevoelens en de stadia van de seksuele ontwikkeling. Aan de hand
van verhalen van patiënten ontdekte hij dat klachten vaak hun oorsprong
vinden in de seksualiteit.
Freud is steeds bij zijn seksuele theorieën gebleven terwijl Jung meer
aandacht ging schenken aan het spirituele en de mythologie. Deze
onverenigbare ideeën leidden in 1913 tot een breuk tussen beiden.
Voor meer informatie over Sigmund Freud klik hier.
De Zwitserse psychiater Carl Gustav Jung (1875-1961) wordt tot een van de belangrijkste psychiaters van de vorige
eeuw gerekend. Hij had een eenzame jeugd in een arm domineesgezin. Zijn
moeder was depressief en trok zich terug in haar eigen wereld. Jung had
in die tijd visioenen en dromen die hem zijn hele leven bezig gehouden
hebben.
Volgens Jung is ons bewustzijn ontstaan uit een onbewuste oudere psyche.
Het bewuste en het onbewuste werken samen zonder dat het bewuste daar
direct invloed op heeft. Jung geeft aan dat de psyche niets magisch
heeft. Het is een reëel fenomeen met zijn eigen structuur en zijn eigen
wetten.
Psychoanalyse is volgens Jung het zoeken in het verleden naar verborgen
psychologische factoren die er voor zorgen dat onjuist op bepaalde
gebeurtenissen wordt gereageerd.
Jung stelt dat psychotherapie een vrij contact tussen het bewuste en het
onderbewuste bevordert. Blokkades worden verwijderd die in de loop van
de tijd zijn ontstaan. Het is belangrijk dat mensen luisteren naar hun
innerlijke stem en er niet tegenin gaan.
Cliënten van Jung droomden van therapie als een verfrissend bad. In hun
dromen beleefden ze een wedergeboorte. Dat geeft volgens Jung aan dat
inzicht in het onbewuste en de integratie daarvan in de psyche een
nieuwe vitaliteit oplevert.
Voor meer informatie over Carl Gustav Jung klik hier.
Milton Erickson (1901-1980) wordt algemeen als grondlegger van de
moderne hypnotherapie beschouwd. Hij was hypnotherapeut en psychiater
met een praktijk in Phoenix, Arizona, USA.
Op zijn 19e jaar werd hij getroffen door kinderverlamming en er werd hem
verteld dat hij nooit meer in staat zou zijn om te lopen. Geconcentreerd
werkte hij aan zijn herstel door te kijken hoe baby's hun armen en benen
leren gebruiken. Therapie definieerde hij om die reden als het stap voor
stap verleggen van grenzen. Zijn kennis en inzicht van nonverbale
communicatie hebben hem geholpen om bijzondere therapeutische technieken
te ontwikkelen.
Erickson vertelde zijn cliënten verhalen die op het eerste gezicht
slechts zijdelings verband hielden met de hulpvraag. Hij maakte gebruik
van anekdoten, metaforen en symbolische figuren zoals in sprookjes
voorkomen. Daarnaast had hij een bijzonder gevoel voor het gebruik van
intonatie. Door zijn manier van praten raakte het rationele denken van
zijn cliënten in verwarring en plaatste zich wat meer op de achtergrond.
Hierdoor ontstond ruimte voor een directe dialoog met het onderbewuste.
Op subtiele wijze gebruikte hij suggesties om zijn cliënten tot
verandering aan te zetten.
Milton Erickson is inspirator van John Grinder en Richard Bandler,
grondleggers van Neuro Linguïstisch Programmeren (NLP). Grinder en
Bandler hebben de methoden van Erickson uitgewerkt en het eerste NLP
boek gepubliceerd: De Structuur van de Magie (1975), uitgeverij Ambo,
ISBN 90 263 2016 7.
Voor meer informatie over Milton Erickson klik hier.
Carl Rogers (1902-1987) was klinisch psycholoog en samen met
Abraham Maslow grondlegger van de Humanistische psychologie. Elementen van zijn gedachtegoed zijn
terug te vinden bij vrijwel alle huidige vormen van gesprekstherapie.
Zijn humanistische ideeën zijn ontstaan uit een afkeer van autoriteit
wat in verband te brengen is met zijn opvoeding waarin een strenge
geloofsleer centraal stond.
Rogers stelt dat de cliënt zelf in staat is om te bepalen wat het doel
is van de therapie. De cliënt staat centraal, niet de therapeut met zijn
theorieën en technieken. Psychotherapie dient een cliënt te helpen om
als persoon te groeien zodat het actuele probleem zelfstandig aangepakt
kan worden. De therapeut heeft slechts een ondersteunende rol en dient
hiertoe aan drie basishoudingen te voldoen. Deze zijn: echtheid van de therapeut in relatie tot de cliënt, onvoorwaardelijke acceptatie van de cliënt en empathie.
Rogers ziet psychotherapie vooral als een waarachtige en betrokken
ontmoeting van twee mensen.
Rogers propageert een optimistisch mensbeeld. Hij heeft het volste
vertrouwen in de groeimogelijkheden van een individu. Hij stelt dat het
verlangen naar persoonlijke groei aangeboren is maar dat de realisatie
van dit verlangen door allerlei redenen gestagneerd kan zijn. Rogers
onderscheidt binnen elk individu drie processen: voelen, denken en handelen. Met handelen wordt het communicatieve handelen
verstaan. De wisselwerking tussen voelen, denken en handelen dient op
elkaar afgestemd te zijn met de nadruk op voelen. Bij mensen die in
psychotherapie gaan wordt verondersteld dat een of meerdere van deze
processen vastgelopen zijn. De cliënt ervaart hierdoor een gevoel van
'onecht' wat belemmerend werkt op de persoonlijke groei.
Voor meer informatie over Carl Rogers klik hier.